In de Mezenstraat in Beerse zijn de archeologen van de Archeologische dienst Antwerpse Kempen (AdAK) in 2006 aan de slag gegaan. De archeologen hebben in totaal 484 resten gevonden waaronder kuilen, grachten, waterputten en overblijfselen van palen. Ook vonden ze graven waarin mensen verbrand zijn. Dit noemen archeologen ‘crematieresten’. De oudste resten zijn van de late bronstijd. Daarnaast zijn er ook archeologische resten uit de ijzertijd gevonden en uit de middeleeuwen.
Oude begraafplaats in de Mezenstraat te Beerse
In de bronstijd gebruikten de mensen het gebied als begraafplaats. Ze hebben hier een groot, ovaal grafmonument gezet en een graf met crematieresten in een urne. Mensen uit de bronstijd vonden deze plek speciaal, omdat het op een heuvel lag en daardoor goed zichtbaar was in het landschap. Uit de volgende periode, de ijzertijd, hebben archeologen resten van huizen gevonden. Hierna hebben de toenmalige bewoners de Mezenstraat verlaten. Het is pas rond 450 dat er opnieuw bewoners arriveerden. De archeologen hebben resten van een grote boerderij gevonden. Zeker tot 1500 bleven de mensen wonen bij de Mezenstraat.
wetsteen
Andenne aardewerk
Het aardewerk-fragment dateert uit de hoge middeleeuwen (900-1200 n.Chr.). De scherf wordt geïdentificeerd als Andenne aardewerk. Het heeft een beige tot licht rozig baksel, en een roodbruin, dun en breekbaar glazuur. De scherf bevond zich in bepaald spoor, dat wijst op dat de datering in het einde van de 12de eeuw.
Urne
Deze urne dateert uit de bronstijd (2000-800 v.Chr.). De urne is dikwandig met een breedte van 16 mm en werd handgevormd met een diameter van 17 cm. De pottenbakker heeft de urne versierd met verticale strepen en geglad door gebruik te maken van zijn vingers. Binnenin de pot is een deel van de wand weggeschroeid na het plaatsen van de hete crematieresten. Dit wijst erop dat de pot niet volledig uitgebakken is, anders zou de binnenwand niet wegschroeien.