Archeoloog Wim Tiri werkt als vrijwilliger in ons onroerenderfgoeddepot. In de reeks ‘Ondergrondse geheimen’ deelt hij zijn grote en kleine ontdekkingen.
In het depot van Erfgoed Noorderkempen is ook de archeologische collectie van de Geschied- en Oudheidkundige Kring der Kempen terug te vinden. Deze collectie vond zijn oorsprong vanaf 1903 en bestaat uit archeologische vondsten gedaan door verschillende amateurarcheologen in en rond Turnhout. In deze oude Taxandria-collectie viel mijn oog op een massieve blok gebakken klei met ingestempelde versieringen. Lees hier de blog over dit bijzonder stuk aardewerk..
Het betreft hier de onderzijde van een braadspithouder. Dergelijke houder werd gebruikt als steun voor een spit om vlees te braden voor een haardvuur. Ze hebben bovenaan doorboringen om het spit in de plaatsen (het bovendeel ontbreekt hier). Vaak werden ze in paren gebruikt. Het spit bevond zich iets voor de vuurbron, niet erboven. Het vlees werd verhit door de stralingswarmte van het vuur. Onder het spit kon een vetvanger geplaatst worden om de braadsappen op te vangen. Braadspithouders zijn te relateren aan rijkere huishoudens, want enkel zij konden zich vers vlees (gevogelte of wild, vaak geschoten op jachtpartijen) permiteren. De gewone man at gepekeld of gedroogd vlees dat eerst moest worden gekookt.
De braadspithouder is trapeziumvormig opgebouwd en heeft een kruisvormige basis. Het standvlak meet 25 bij 18.5 cm en de bok heeft een bewaarde hoogte van 18cm. Eén zijde is zwaar verbrand wat aantoont dat de houder aan het vuur heeft gestaan.
Deze grofkeramische braadspithouder (of vuurbok) werd vervaardigd in dezelfde klei als deze waarvan ook bakstenen en dakpannen werden gemaakt. Dit soort aardewerk krijgt daarom vaak de naam van ‘baksteenwaar’. De vindplaatsen van dergelijke braadspithouders zijn vaak te verbinden met de baksteen- en tegelproductiecentra rond verstedelijkte gebieden. Bakstenen spitsteunen werden vervaardigd van de 13de tot de 15de eeuw, nadien worden deze verdrongen door elegantere ijzeren dragers.Helaas heeft het exemplaar uit Turnhout geen vondstcontext en kan er ook geen juiste datering op geplakt worden.
Bakstenen braadspithouders zijn best zeldzaam. In Vlaanderen zijn dergelijke houders in aardewerk vooral gekend uit de Romeinse periode. In Nederland komen ze meer voor in (vroeg-) middeleeuwse contexten, vooral in Zuid-Holland en het noorden van het land en zijn ze overdadig versierd. Baksteenwaar komt bij ons dan weer voornamelijk voor in West-Vlaanderen.
Opvallend aan de braadspithouder is de versiering op de zijkanten. Verspreid staan links en rechts van de uitsprong boven elkaar afwisselend ronde instempelingen die lijken op een bloem-, molensteen- en verenmotief. Op de uitsprongen zijn dan weer T’s ingestempeld.
Mogelijk is er een samenhang tussen de stempelversieringen op de braadspithouder en het haardvuur: de figuren zijn magische (afweer)tekens of symbolen die voorspoed brengen. Zo komt het verenmotief ook vaak terug op vuurklokken (deze schermden het haardvuur af gedurende de nacht) en zijn gelijkaardige stempels ook te vinden op dovers en kandelaars van gebakken klei. En dit zijn ook allemaal haardattributen. Daarom is ook wel een symbolische betekenis die geassocieerd wordt met de afweer van gevaar door hitte en/of vuur verondersteld. De symbolen verwijzen naar het als vaag bijgeloof overgebleven idee van de haard als woning van de vooroudergeesten.
Bij deze dus weer een mysterie uit het depot opgelost.
Info voor bij de afbeeldingen (van links naar rechts):
- Afb. 1: De vuurbok, met de verbrande zijde die in aanraking kwam met het vuur
- Afb. 2: Detail vuurbok, met ronde instempelingen die lijken op een veren- en molensteenmotief. Dit molensteenmotief is geïnspireerd op Romeins manier van groeven kappen in molenstenen en was wijdverspreid in Noord-Gallië maar verdween in de middeleeuwen om weer op te duiken in de renaissance. Vanaf de 18de eeuw en de moderne tijd werd deze techniek systematisch toegepast op maalstenen in het Westen.
- Afb. 3: De bovenzijde van de vuurbok
- Afb. 4: Miniatuur met linksonder 2 vogels aan het spit, steunend op 2 vuurbokken (“Virgilio Riccardiano” (15de eeuw), Biblioteca Riccardiana, Florence, Ms. 492, fol. 65r)
Foto midden: De braadspithouder of vuurbok uit de de oude Taxandriacollectie, baksteenwaar (Archeologisch depot Erfgoed Noorderkempen, depotnummer T03527)